BDSM Radio Holland
BDSM RTV NIEUWS!!!!

21 augustus 2008

Het lichaam als arena van emoties

Bron: www.volkskrant.nl

Het is een van de meest bizarre werken van de overzichtstentoonstelling van Karin Arink in het Stedelijk Museum Schiedam. In een van de twee bovenzalen heeft ze met lappen canvas een mini-theater gecreëerd, met daarin een foto van zichzelf in de zogenaamde ‘X-pand’.

De X-pand (2002) is een vormeloze, ingeknipte lap van glanzend zwart-paars leer, die in de handen van Arink drastisch van gedaante verandert. Op de muur geprikt lijkt het ding een kinky kledingstuk of een exotische reuzenvlinder. Opgehangen aan de blote benen en blote buik van Arink en gespannen tussen haar gestrekte armen, waarbij het hoofd verdwijnt, verandert de X-pand in een grotesk pantser met de kleur van geronnen bloed. Dat pantser beschermt het kind in de buik, en reduceert het lijf tot moeder.

Het spel met de X-pand en de foto ‘wearing X-pand to hold you’ (beide 2002) is afstootwekkend en intrigerend, vunzig en erotisch, en houdt daarmee direct verband met het vroege werk van Arink.

Karin Arink is al sinds het begin van haar kunstenaarschap, in 1990, geobsedeerd door het menselijk lichaam. Ze verkent dat lichaam in keramiek en textiel en sinds kort ook in hout, foto’s en animaties en kreeg daar al in 1992 de Prix de Rome beeldhouwen voor.

Arink is niet geïnteresseerd in anatomische correctheid. Ze beschouwt het lichaam - vaak een romp ontdaan van afleidende zaken als hoofd, handen en voeten - als de arena waar de buitenwereld en het innerlijk elkaar treffen en waar twee tegenstrijdige emoties om het hardst met elkaar strijden: de hunkering naar versmelting met een ander en de noodzaak tot behagen tegenover de behoefte aan alleen zijn en totaal jezelf zijn.

Vooral in het vroege werk zijn Arinks uitgesproken erotische figuren van keramiek en textiel ten prooi aan angst om de eigenheid te verliezen. Nog altijd is de confrontatie met de keramieken figuur Blindfold (1992), een van de werken waarmee ze de Prix de Rome won, aangrijpend. Blindfold is een steenklomp, meer mummie dan mens, met aan de ene kant een lonkende vulva en aan de andere kant een krampachtige, stompe vlecht van armen en ruggengraat. Ook het wit satijnen boegbeeld niké (1992) worstelt met haar verlangen de wereld met haar seksualiteit te bekoren. De tweespalt tussen versmelting en zelfbehoud heeft Arink tot vandaag in de greep, waarbij de dreiging niet langer alleen van buiten komt, maar via het moederschap ook van binnenuit. Daarbij verdwijnen de naar de keel grijpende beklemming en de rauwe vunzigheid, de X-pand uitgezonderd, naar de achtergrond en verandert de strijd in een spel. Ook haar materiaalkeuze verandert. De harde, klassieke klei wordt ingeruild voor zacht, even traditioneel hout, waaruit Arink ragfijne lijven snijdt. De dunne, langgerekte figuren met borsten in plaats van een hoofd dansen om elkaar heen en houden elkaar tegelijk gevangen in een omhelzing.

Naast hout blijft Arink beeldhouwen met textiel. De serie lijzige kledingstukken gebaseerd op letters - H-dress en X-pose, beide uit 2001 - zijn een hilarisch commentaar op de verplichte dresscode van de MTV-chicks en op de maatschappelijke eis om altijd en overal sexy te zijn. Het zijn overdreven luchtige en langgerekte niemendalletjes in roze en rode stof, meer gat dan stof, die niks aan de verbeelding overlaten. Arink speelt met de niemendalletjes, geeft ze een eigen karakter door ze de ene keer hulpeloos als een afgestroopt vel aan een klerenhanger te hangen (H-dress) en ze de andere keer uitdagend en dominant op stokken te spannen (X-pose).

Zo speels en humoristisch als de jurken, zo poëtisch en beeldschoon zijn de animaties. Daarin krijgen lange lijnen wellustige uitstulpingen, beschieten borsten en penissen elkaar met vloeibare kogels alvorens abrupt met elkaar te versmelten - om na gedane zaken als twee losse lijnen hun weg te vervolgen.

Met haar nadruk op erotiek en verwrongen lichamelijkheid vertoont Arinks werk opmerkelijke overeenkomsten met dat van grand old lady Louise Bourgeois (1911). Arinks Madras (2004), een tot superzitzak gedoemde, amorfe moederfiguur doet onmiskenbaar denken aan Bourgeois’ Torso (1996), een minimatras met uitpuilende buik en borsten. Anders dan Bourgeois laat Arink zich niet leiden door woede en frustratie, maar steeds meer door lichtvoetige verwondering en dat maakt het werk aangenaam om naar te kijken.

Karin Arink. States of Self, tekeningen, foto’s, animaties en ruimtelijk werk 1990-2008. Stedelijk Museum Schiedam, t/m 12 oktober. Bijbehorende monografie Veenman Publishers, ISBN 978 90 8690 125 8, € 29,95. www.stedelijkmuseumschiedam.nl